Patiëntreis TOS – SIAC FENAC NVLF
Doel infographic patiëntreis TOS:
De zorg rondom kinderen met spraak- taalproblemen is vastgelegd in een keten, met als doel het pad van het kind naar de juiste zorg zo duidelijk mogelijk in beeld te brengen. Er zijn op verschillende plekken in de keten knelpunten , waardoor de toegang tot de zorg voor (jonge) kinderen met taalproblemen ernstig wordt belemmerd. Onderstaande factsheet brengt de knelpunten in beeld, maar ook de oplossingen die zijn bedacht om de toegang tot de zorg te verbeteren. Sommige knelpunten liggen buiten ons bereik en willen we als samenwerkende organisaties dan ook kenbaar maken bij overige stakeholders.
Als een kind met taalproblemen niet tijdig de juiste zorg krijgt kan dit zorgen voor verregaande problemen zoals iemands schoolsucces en de positie in de maatschappij;
– Er zijn problemen en beperkingen in de dagelijkse communicatie;
– Volwassenen met TOS hebben vaak nog moeite met schriftelijke communicatie;
– De schoolontwikkeling verloopt moeizamer;
– Kinderen met TOS hebben een verhoogd risico om ook gedrags- en sociaal-emotioneleproblemen te ontwikkelen. Hoe ernstiger de TOS, hoe hoger het risico op bijkomendeproblemen;
– Volwassenen met een TOS belanden vaker ‘in de bakken van het UWV’
– Mensen met TOS ervaren een lagere kwaliteit van leven
Uitleg van de stappen in de “reis” met de reeds bekende knelpunten en oplossingen;
JGZ
Vroegtijdige opsporing. De prevalentie van TOS wordt gesteld op circa 5 tot 7 % bij kinderen in de leeftijd van 2-3 jaar. De laatste jaren is hard gewerkt om ondersignalering en te late signalering terug te dringen. Een vroegtijdige behandeling biedt betere ontwikkelingsperspectieven voor het kind met TOS. De Jeugdgezondheidszorg (JGZ) speelt een belangrijke rol in de vroegtijdige opsporing van spraak- en taalproblemen. Sinds 2018 is er de “JGZ richtlijn taalontwikkeling”, waardoor de vroege opsporing van taalproblemen is toegenomen.
Knelpunt | Oplossing |
Door de flexibilisering (afwijken van vaste contactmomenten in de JGZ, terwijl sommige richtlijnen wel steunen op deze contactmomenten) van de JGZ vindt ondersignalering plaats en verdwijnt kennis over het vroegtijdig opsporen van taalproblemen.Dit wordt mede veroorzaakt door het wegbezuinigen van logopedisten in de JGZ. | Meer inzet van logopedisten in de JGZ voor de vroegtijdige signalering (kan per regio verschillen). De richtlijn taalsignalering wordt door de jeugdverpleegkundigen uitgevoerd. Probleem ligt dus niet alleen bij tekort aan logo’s, maar bredere personeelstekorten binnen de JGZ. |
Huisarts
Door de directe toegang minder in beeld. Indruk is dat huisartsen niet altijd up-to-date kennis hebben over taalontwikkeling en/of de keten overzien. In de NHG standaarden is hier niets over opgenomen. Ouders met twijfels over de taalontwikkeling kunnen na een gesprek bij de JGZ of via de kinderopvang direct terecht bij een logopedist in de 1e lijn voor eerste diagnostiek en of behandeling.
Knelpunt | Oplossing |
Kennis huisartsen | X |
Eerstelijns logopedist
– Een eerstelijns logopedist richt zich op een breed spectrum aan gezondheidsklachten die te maken hebben met taal, spraak, stem, gehoor of slikken. Kenmerkend is de grote diversiteit aan cliënten, van wie leeftijden en klachten – en daardoor hun zorgvragen – sterk uiteen kunnen lopen.
– Eerstelijns logopedie betreft laagdrempelige zorg. De meeste patiënten komen op verwijzing van een arts naar de logopedist
Knelpunt | Oplossing |
De meeste eerstelijnspraktijken kampen met een wachtlijst van minimaal 6 maanden en inmiddels is een jaar de norm. De vroege signalering die heeft plaatsgevonden bij de JGZ en of de kinderopvang op 2 jarige leeftijd kan niet tijdig bevestigd worden met diagnostiek. Een kind krijgt niet tijdig de juiste zorg waardoor de achterstand toeneemt. | Inzichtelijk maken van de wachtlijsten bij eerstelijnspraktijken (door NVLF), stimuleren van wachtlijstmanagement, regionale samenwerking met andere praktijken, inzet van digitale hulpmiddelen tijdens het wachten. Hanen oudertraining. Dit is deels al in gang gezet. |
AC
Het audiologisch centrum (AC) richt zich op (interdisciplinaire) diagnostiek, revalidatie en begeleiding bij gehoorproblemen zowel bij volwassenen als bij kinderen. Daarnaast verricht zij interdisciplinaire diagnostiek bij kinderen die problemen hebben in de spraak- en/of taalontwikkeling. Verder kan men voor problemen als tinnitus, hyperacusis en auditieve-verwerkingsproblemen eveneens bij een AC terecht.
Knelpunten | Oplossing |
1. Door personeelstekort lange wachttijd voor multidisciplinair onderzoek, soms 6 maanden of langer voordat bekend is wat er aan de hand is en wat voor zorg een kind nodig heeft. 2. Samenwerking tussen eerstelijns logopedist en AC verloopt moeizaam, mede door geen vergoeding voor het MDO en wensen die door het AC worden gesteld aan de diagnostiek en verslaglegging van de eerstelijnslogopedist, terwijl die hier niet vanuit zorgverzekeringswet voor wordt betaald. Wie is in dit geval de opdrachtgever? Ouders (verzekerden) of AC? 3. Wensen ouders; nog niet klaar voor multidisciplinair onderzoek, blijven “hangen” in eerste lijn, logopedist voelt zorgplicht. | 1. Mogelijkheden vergoeding MDO en verslaglegging/diagnostiek in opdracht van AC. 2. Samenwerking en afstemming in de keten, juiste zorg op de juiste plek 3. Mogelijkheid voor kortere diagnostiek- en behandeltrajecten |
ZG
De zintuiglijke gehandicaptenzorg (ZG-zorg) richt zich op (interdisciplinaire) behandeling van mensen met een zintuiglijke stoornis. Toegang tot ZG-behandeling kan plaatsvinden wanneer de ZG-stoornis is vastgesteld. De deelsector auditief en/of communicatief behandelt mensen die doof of slechthorend (een gehoorverlies van minimaal 35 dB op de Fletcher Index High) zijn, een beperking in horen en zien hebben, een communicatief meervoudige beperking hebben, of een taalontwikkelingsstoornis hebben
Knelpunt | Oplossing |
Door de wachtlijsten krijgen kinderen pas veel te laat de diagnose TOS en de specialistische zorg die noodzakelijk is om mee te doen kunnen op school en communicatief adequaat te kunnen functioneren. Kinderen met een TOS blijven hierdoor veel langer dan gewenst afhankelijk van de (dure) ZG zorg. | X |
Onderwijs
In sommige gevallen kan een kind met aanvullende ondersteuning vanuit de ZG zorg wel binnen het regulier onderwijs blijven.
Knelpunt | Oplossing |
Vaak als vereiste gezien dat de eerstelijns logopedist blijft behandelen, terwijl het een onderwijshulpvraag is. Eerstelijnszorg wordt extra belast en zorg wordt duurder. Gevraagd om aanwezigheid van eerstelijns logopedist bij gesprekken over onderwijsarrangement, niet vergoed (MDO?) Er is behoefte aan duidelijke toelaatbaarheidscriteria voor onderwijs, maar ook de eerstelijns logopedist. Wanneer is het onderwijs en wanneer is het zorg? | X |